Krill

De bijna vergeten Carl Krill

Op internet vond ik okt. 2010 het volgende.

De laatste jaren lijkt in Nederland een herwaardering plaats te vinden voor componisten van eigen bodem. 
Dat deze praktijk een goede ontwikkeling is, blijkt wel als men het ‘Trio in einem Satze’ van Carl Krill hoort. 
Carl Krill (1846-1927) werd geboren in Keulen, waar hij later ook het conservatorium bezocht. 
Hij studeerde er piano (onder andere bij Isodor Seiss), harmonie en compositie (bij Ferdinand Hiller). 
Krill vond zijn docenten te behoudend en maakte plannen om naar de Verenigde Staten te vertrekken. 
Zo ver is hij niet gekomen. Vanaf 1871 woonde en werkte hij in Zeist waar hij naast het geven van pianoles ook directeur en dirigent was van de afdeling Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst. Later verhuisde hij naar Utrecht, waar hij dirigent werd van het ‘Utrechtsch Studenten Orchest’. Als docent was Krill, behalve in Utrecht, ook werkzaam in Amsterdam en Den Haag.
Als componist heeft Krill een aanzienlijk oeuvre achter gelaten, dat wordt geschat op 400 werken.
Zo’n veertig hiervan zijn in druk verschenen, waaronder twee pianotrio’s.
Vooral het tweede, opus 23, is een fraaie compositie dat het Erard Ensemble op deze cd als eerste heeft vastgelegd.

De musicus en musicoloog Margaret Krill uit Voorburg schreef in 2006 op verzoek van het Erard-ensemble over haar overgrootvader:

Carl Krill, Keulen 1846, Apeldoorn 1927

In Keulen studeerde Carl aan het conservatorium o.a. piano bij Isodor Seiss en harmonie en compositieleer bij Ferdinand Hiller.Beiden waren in zijn ogen conservatieve docenten en hij maakte plannen om naar Amerika te gaan. Het lot bracht hem echter naar Nederland waar hij de rest van zijn leven zou blijven. Vanaf 1871 woonde en werkte hij eerst in Zeist waar hij naast het geven van pianoles ook directeur en dirigent was van de afdeling Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst.
Als pianist trad hij niet veel in de openbaarheid, hij speelde liever in intieme kring.
Zijn populariteit als pedagoog bracht hem naar Utrecht zodat hij ook makkelijker in Amsterdam en Den Haag zijn lessen kon geven. Naast pianist en pedagoog was Carl ook componist. Volgens de Berliner Signale uit 1897 moeten er toen al ruim 400 composities zijn geschreven, waarvan de meeste echter in manuscript zouden blijven. Slechts een 40tal zou in druk verschijnen. Carl componeerde naast veel pianowerken ook voor koor, kamermuziek en liederen.
In de jaren 1894-1896 was hij dirigent van het Utrechts Studenten Orchest (de voorloper van het Utrechts Studenten Concert).

Werk en leven van Carl Krill zijn in de vergetelheid geraakt. Zelf zocht hij nooit de publiciteit, in feite was hij veel te bescheiden voor de vele talenten die hij bezat. H. Labouchère zei in zijn necrologie over Carl in Caecilia: De overledene was behalve musicus en paedagoog van beteekenis, in den waren zin een dichter, denker en philosoof […].

Zijn kleinzoon Helmut Krill (1916-1995) heeft met grote inspanning in de jaren 1980 getracht om de composities weer bij
elkaar te krijgen. Tot nu toe zijn er 31 opus nummers teruggevonden en 6 werken zonder opus nummer in kaart gebracht
en deels ondergebracht bij het Nederlands Muziek Instituut te Den Haag.
Het gehele archief bevindt zich bij zijn achterkleindochter Margaret Krill (musicus en musicoloog).
Musicoloog Lukas van Fessem heeft voor zijn doctoraalscriptie aan de Universiteit Utrecht onlangs een 30tal Nederlandse pianotrio’s beschreven en enkele daarvan ter bestudering aangeboden aan het Erard ensemble. Zij lieten hun oog vallen op het door de Nederlandse Toonkunstenaars Vereniging in 1878 bekroonde pianotrio opus 23 van Carl Krill waarvan nu een her-première plaats zal vinden.
Getuige recensies in Caecilia heeft Carl dit trio zelf met zekerheid gespeeld in 1878 en 1887. Het trio is opgedragen aan Koning Willem III en kreeg het motto mee: De nacht is de moeder van gedachten.

Terug naar Historie 1